Beheerskosten van de Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering (HZIV): opvolging 2024 van de aanbevelingen

In zijn audit van 2022 onderzocht het Rekenhof in hoeverre de HZIV haar beheerskosten onder controle had, die verhoudingsgewijs hoger lagen dan die van de andere verzekeringsinstellingen. Het concludeerde dat er geen garantie was dat de financieringen die de HZIV voor haar beheerskosten ontving, volledig werden gebruikt voor de doeleinden waarvoor ze werden toegekend. Het Rekenhof deed geen uitspraak over de vraag of de beheerskosten van de HZIV al dan niet te hoog lagen gezien de weinige mogelijke vergelijkingselementen met de andere verzekeringsinstellingen, maar was echter van oordeel dat bepaalde factoren de hogere kosten van de HZIV konden verantwoorden. Het kon tot slot niet concluderen dat de beheersuitgaven van de HZIV voldoende in de hand werden gehouden. Door de ondermaatse kwaliteit van de planning had het Rekenhof immers geen redelijke zekerheid dat de middelen op optimale wijze werden toegekend. Ondanks de geconstateerde vooruitgang is het Rekenhof van oordeel dat het niveau van uitvoering van zijn aanbevelingen laag is. Zo'n twee jaar na de publicatie van zijn initiële audit zijn er immers, van de zes geformuleerde aanbevelingen, vier niet uitgevoerd en twee in uitvoering.